zaterdag 16 augustus 2014

Mijn geschreven zoektocht

Wie vaak artistiek is, heeft doorgaans een esthetica. Dat wil zeggen: een al dan niet bewust idee, een groep associaties of een aanvoelen van hoe zijn kunst er uit moet zien en hoe zij tot stand moet komen. Dat hoeft niet per se over technieken of vorm te gaan.

Ook ik heb zo'n esthetica, of meer bepaald een poëtica: hoe ik wil dat mijn teksten er uit zien en hoe zij tot stand komen.

Bij het schrijven zijn er voor mij twee zaken van groot belang, zeg maar: de deugden van mijn tekst.
Enerzijds wil ik dat wat ik schrijf toegankelijk is. Dat wil zeggen: leesbaar, verstaanbaar, vlot, prettig en als het kan zelfs sprankelend, energiek en kleurrijk.
Maar aan de andere kant wil ik ook dat mijn teksten waarachtig zijn. Ze moeten doorleefd zijn, voortkomen uit mijn ervaring en belevingen – en die zo waarheidsgetrouw mogelijk uitdrukken. Een zo juist mogelijke expressie van mijn levenservaringen en inzichten daarover.

Het is echter meer dan enkel mijn persoonlijke ervaringen en inzichten omzetten in verstaanbare woorden.
Waar ik bij het schrijven ook naar zoek is het algemene in die ervaringen. Ik zoek naar wat niet enkel van mij is, maar naar wat typisch is voor een mens.
Ervaringen, gedachten en inzichten die op één of andere manier elke mens wel een beetje aanspreken. Dat is misschien een onmogelijk doel. Maar mijn hoop, nee, mijn overtuiging is dat deze zoektocht ook van waarde kan zijn voor anderen.

We zijn ten slotte allemaal mensen!
Alsof we reizigers zijn in dezelfde streek en ik zo goed als mogelijk probeer een kaart te maken van het gebied tijdens mijn doortocht. Die kaart zal niet helemaal aan jouw tocht zijn aangepast, maar ze zal toch een hoop bruikbare aanwijzingen bevatten waar je zelf mee aan de slag kan, indien je wil. Goede reis!

donderdag 14 augustus 2014

De kunst der aanvaarding

Het is een moeilijk van je af te zetten gevoel, zeker wanneer je moe bent, onder druk staat of simpelweg veel stress ervaart. Het gevoel van ergernis en teleurstelling wanneer dingen en vooral mensen niet zijn zoals jij wilt dat ze zijn. Ze moeten anders zijn! Niet zo! Het is niet goed!

Dit is duidelijk geen aanvaardende houding, wat jammer is. Want dat geërgerde gevoel gaat je bitter weinig opleveren. Dat schijnt te denken dat de wereld met de mensen er in wel zullen veranderen als het maar genoeg uiting geeft van zijn irritatie. Alsof een simpele emotie de wereld kan veranderen – een idee dat een jong kind misschien kan hebben over zijn verzorgers.

Maar dit werkt niet, toch niet als volwassene. En bovendien zal het de frustratie enkel doen toenemen, en mensen om je heen op hun beurt ergeren. Zeg nu zelf: iemand die wil dat je anders bent dan je bent vind je toch niet leuk?

Aanvaarding is hier de bevrijdende en rationele oplossing! Ik zeg altijd: aanvaarden is niet hetzelfde als je ergens bij neerleggen. Aanvaarden wil zeggen kijken wat en vooral wie je voor je hebt. Je gaat na wat er allemaal mogelijk is, wat die persoon wil en niet wil, wat zijn karakter is, hoe zijn stemming is enzovoorts.
Het is het zien welke veranderingen en handelingen mogelijk zijn en welke niet. Dit levert een dubbel voordeel op.

Enerzijds is er veel minder frustratie: in plaats van je te ergeren onderneem je actie, of leg je je er bij neer wanneer iets niet mogelijk blijkt. Anderzijds zal die andere persoon zich erkend voelen in wie hij is. Je respecteert hem in zijn eigenheid, wat niet weg neemt dat je zelf nog altijd bepaalde zaken wil verwezenlijken.
Zo kan het zijn dat iemand zich erg storend en onbeleefd gedraagt. In plaats van je als een kind op te blazen over hoe ongepast hij wel niet is en hoe je wilt dat hij zich wat inhoudt, stap je op hem af en vraag of het niet wat rustiger kan.

Blijf oog hebben voor de persoon die je voor je hebt! Het zou heel goed kunnen dat het iemand is die zich helemaal niet wil of kan aanpassen aan je vraag. Toch nog willen dat hij zich anders gedraagt is op dat moment simpelweg dwaas – het onmogelijke willen is een garantie voor frustratie en teleurstelling.

In plaats daarvan is het op dit moment aangewezen na te gaan wat jouw opties zijn, gegeven het feit dat hij onveranderlijk vervelend is.
Zo kan je verder contact met die persoon vermijden, kan je zijn aandacht afleiden naar elders of er iemand bij halen die hem uit de zaal verwijdert.

Overigens, dit gevoel van irritatie komt niet alleen voor wanneer iemand je stoort, maar ook wanneer je vindt dat iemand je moet helpen maar het niet doet.
In plaats van kwaad te worden ga je na wie je voor je hebt en of die je kan en wil helpen. Je kan het bijvoorbeeld vragen, maar moet aanvaarden dat sommige mensen nu eenmaal niet zullen helpen.

Ook naar jezelf toe is aanvaarden geen slecht plan: kijken naar wat je mogelijkheden zijn en wat je wil. Proberen daar iets mee te doen in plaats van er iets aan te willen doen. :)

donderdag 7 augustus 2014

Materialisme – hebben, hebben, hebben?

Materialisme – het heeft nogal een slechte naam, of er wordt op neer gekeken als een oppervlakkige manier van leven. Enkel gehecht aan rijdkom en materieel bezit.

Zelf ben ik er voor noch er tegen. Het enige dat ik merk is dat een neiging tot materialisme heel vaak het gevolg is van onzekerheid, of zelfs angst.
Men is bang voor een of andere bedreiging en wil dus zo veel mogelijk bezit hebben, in de hoop de dreiging te kunnen afslaan. Of men vreest te kort te hebben, dat er schaarste zal zijn van levensnoodzakelijke middelen. Je kan dus maar beter zo veel mogelijk inslaan om dit te overleven, of om het eigen bezit tegen anderen te beschermen.

Een andere angst is onzekerheid over de eigen sociale positie. Men meent dat indien men niet kan pronken met sierlijke en imposante ornamenten, statussymbolen, men niet gewaardeerd en gerespecteerd zal worden.
En vanzelfsprekend: bezit genereert macht. De nood aan macht, net als de nood aan status, kan gevoed worden door angst voor anderen. Men vreest anderen, dus imponeert of controleert men die via materieel bezit.

Er zullen wel nog gronden zijn voor materialisme. Maar zo ervaar ik het de laatste tijd: hebzucht gevoed door angst.
Vanzelfsprekend: er is helemaal niets mis met bezit hebben. Integendeel! Niet alleen om te overleven, maar ook om iets van je leven te maken heb je wel enig bezit, enige middelen nodig. Maar dit is veel minder belangrijk dan wat angstigen vermoeden.

Overigens spreekt het voor zich dat het wel leuk en aangenaam is een beetje extra te hebben, ja, zelfs in behoorlijke luxe te leven. Zie gewoon dat het niet gevoed wordt door angst, dat je er niet al te afhankelijk van wordt.
En vergeet niet je leven – en wat van je bezit – te delen met anderen. Epicuros had zeker gelijk: een sobere maar gezellige maaltijd met vrienden in de tuin getuigt van een veel grotere rijkdom dan een koninklijk feestmaal op je eentje in een fort.