zaterdag 16 augustus 2014

Strategieën van het lichaam

Ik volg nog altijd de Hellenistische traditie, en zal dat vermoedelijk ook mijn hele leven blijven doen. Deze gaat er van uit dat veel gedachten, emoties en verlangens die ons kwellen en het leven moeilijker maken dan nodig vergissingen zijn.

Het zijn gedachten en verwachtingen over onszelf, anderen en de wereld. Foutieve opvattingen, vb over de eigen hulpeloosheid, genereren foutieve verlangens. Verlangens, op zich, zijn nooit verkeerd. Maar hun structurerend kader kan dit wel zijn.

De oorsprong van die emoties, verlangens en gedachten is verweven. Enerzijds is er onze biologische erfenis met allerlei zaken als woede, angst, verdriet, lust, alsook gevoelens van rechtvaardigheid en onrechtvaardigheid.
Anderzijds is er ons zelf- mens- en wereldbeeld dat gegroeid is uit onze ervaringen, uit wat we meemaakten.

Een onscheidbare coctail van deze twee elementen zorgt er voor dat we allerlei gedachten, emoties en reacties hebben. Het geeft ons een bepaalde manier van handelen en in het leven staan, een bepaalde manier van reageren op wat er in en om ons heen gebeurt.

Gemakshalve noem ik dit strategieën van het lichaam. Die strategieën zijn niet verkeerd. En gegeven hoe ze gegroeid zijn, zijn ze zelfs zeer zinvol. En snel! Dat is een voordeel.
Alleen zijn ze niet erg nauwkeurig. Ze schieten liever een keer te veel in actie, wanneer het niet nodig is, dan eens niet te reageren terwijl het wel nodig is.

Daarom dat ik reeds lang Plato's befaamde metafoor aangepast heb naar: 'de rede is de blindegeleide hond van de passies'.
Ons aangeleerde wereldbeeld en bijhorende emoties zijn vaak een beetje blind – of ten minste: ze zien niet scherp en begaan veel vergissingen. Foute beoordelingen van de situatie en hoe daar op te reageren.

Wat het kritische verstand (of hoe je het ook wil noemen) als taak heeft, is de strategieën van het lichaam ernstig onder de loep nemen en hun gepastheid toetsen aan de concrete situatie.
Dit wil niet zeggen dat het verstand die strategieën verwerpt. Integendeel! Zij treedt eerder op als een soort adviseur die wijst op moeilijkheden en tegenstrijdigheden, en die informatie verschaft over de concrete situatie. Zo kan er een beter aangepaste strategie tot stand komen.

Mijn manier van 'positief denken' is een voorbeeld van hoe het verstand te werk kan gaan, al neem ik aan dat er nog andere mogelijkheden zijn.

Mijn geschreven zoektocht

Wie vaak artistiek is, heeft doorgaans een esthetica. Dat wil zeggen: een al dan niet bewust idee, een groep associaties of een aanvoelen van hoe zijn kunst er uit moet zien en hoe zij tot stand moet komen. Dat hoeft niet per se over technieken of vorm te gaan.

Ook ik heb zo'n esthetica, of meer bepaald een poëtica: hoe ik wil dat mijn teksten er uit zien en hoe zij tot stand komen.

Bij het schrijven zijn er voor mij twee zaken van groot belang, zeg maar: de deugden van mijn tekst.
Enerzijds wil ik dat wat ik schrijf toegankelijk is. Dat wil zeggen: leesbaar, verstaanbaar, vlot, prettig en als het kan zelfs sprankelend, energiek en kleurrijk.
Maar aan de andere kant wil ik ook dat mijn teksten waarachtig zijn. Ze moeten doorleefd zijn, voortkomen uit mijn ervaring en belevingen – en die zo waarheidsgetrouw mogelijk uitdrukken. Een zo juist mogelijke expressie van mijn levenservaringen en inzichten daarover.

Het is echter meer dan enkel mijn persoonlijke ervaringen en inzichten omzetten in verstaanbare woorden.
Waar ik bij het schrijven ook naar zoek is het algemene in die ervaringen. Ik zoek naar wat niet enkel van mij is, maar naar wat typisch is voor een mens.
Ervaringen, gedachten en inzichten die op één of andere manier elke mens wel een beetje aanspreken. Dat is misschien een onmogelijk doel. Maar mijn hoop, nee, mijn overtuiging is dat deze zoektocht ook van waarde kan zijn voor anderen.

We zijn ten slotte allemaal mensen!
Alsof we reizigers zijn in dezelfde streek en ik zo goed als mogelijk probeer een kaart te maken van het gebied tijdens mijn doortocht. Die kaart zal niet helemaal aan jouw tocht zijn aangepast, maar ze zal toch een hoop bruikbare aanwijzingen bevatten waar je zelf mee aan de slag kan, indien je wil. Goede reis!

donderdag 14 augustus 2014

De kunst der aanvaarding

Het is een moeilijk van je af te zetten gevoel, zeker wanneer je moe bent, onder druk staat of simpelweg veel stress ervaart. Het gevoel van ergernis en teleurstelling wanneer dingen en vooral mensen niet zijn zoals jij wilt dat ze zijn. Ze moeten anders zijn! Niet zo! Het is niet goed!

Dit is duidelijk geen aanvaardende houding, wat jammer is. Want dat geërgerde gevoel gaat je bitter weinig opleveren. Dat schijnt te denken dat de wereld met de mensen er in wel zullen veranderen als het maar genoeg uiting geeft van zijn irritatie. Alsof een simpele emotie de wereld kan veranderen – een idee dat een jong kind misschien kan hebben over zijn verzorgers.

Maar dit werkt niet, toch niet als volwassene. En bovendien zal het de frustratie enkel doen toenemen, en mensen om je heen op hun beurt ergeren. Zeg nu zelf: iemand die wil dat je anders bent dan je bent vind je toch niet leuk?

Aanvaarding is hier de bevrijdende en rationele oplossing! Ik zeg altijd: aanvaarden is niet hetzelfde als je ergens bij neerleggen. Aanvaarden wil zeggen kijken wat en vooral wie je voor je hebt. Je gaat na wat er allemaal mogelijk is, wat die persoon wil en niet wil, wat zijn karakter is, hoe zijn stemming is enzovoorts.
Het is het zien welke veranderingen en handelingen mogelijk zijn en welke niet. Dit levert een dubbel voordeel op.

Enerzijds is er veel minder frustratie: in plaats van je te ergeren onderneem je actie, of leg je je er bij neer wanneer iets niet mogelijk blijkt. Anderzijds zal die andere persoon zich erkend voelen in wie hij is. Je respecteert hem in zijn eigenheid, wat niet weg neemt dat je zelf nog altijd bepaalde zaken wil verwezenlijken.
Zo kan het zijn dat iemand zich erg storend en onbeleefd gedraagt. In plaats van je als een kind op te blazen over hoe ongepast hij wel niet is en hoe je wilt dat hij zich wat inhoudt, stap je op hem af en vraag of het niet wat rustiger kan.

Blijf oog hebben voor de persoon die je voor je hebt! Het zou heel goed kunnen dat het iemand is die zich helemaal niet wil of kan aanpassen aan je vraag. Toch nog willen dat hij zich anders gedraagt is op dat moment simpelweg dwaas – het onmogelijke willen is een garantie voor frustratie en teleurstelling.

In plaats daarvan is het op dit moment aangewezen na te gaan wat jouw opties zijn, gegeven het feit dat hij onveranderlijk vervelend is.
Zo kan je verder contact met die persoon vermijden, kan je zijn aandacht afleiden naar elders of er iemand bij halen die hem uit de zaal verwijdert.

Overigens, dit gevoel van irritatie komt niet alleen voor wanneer iemand je stoort, maar ook wanneer je vindt dat iemand je moet helpen maar het niet doet.
In plaats van kwaad te worden ga je na wie je voor je hebt en of die je kan en wil helpen. Je kan het bijvoorbeeld vragen, maar moet aanvaarden dat sommige mensen nu eenmaal niet zullen helpen.

Ook naar jezelf toe is aanvaarden geen slecht plan: kijken naar wat je mogelijkheden zijn en wat je wil. Proberen daar iets mee te doen in plaats van er iets aan te willen doen. :)

donderdag 7 augustus 2014

Materialisme – hebben, hebben, hebben?

Materialisme – het heeft nogal een slechte naam, of er wordt op neer gekeken als een oppervlakkige manier van leven. Enkel gehecht aan rijdkom en materieel bezit.

Zelf ben ik er voor noch er tegen. Het enige dat ik merk is dat een neiging tot materialisme heel vaak het gevolg is van onzekerheid, of zelfs angst.
Men is bang voor een of andere bedreiging en wil dus zo veel mogelijk bezit hebben, in de hoop de dreiging te kunnen afslaan. Of men vreest te kort te hebben, dat er schaarste zal zijn van levensnoodzakelijke middelen. Je kan dus maar beter zo veel mogelijk inslaan om dit te overleven, of om het eigen bezit tegen anderen te beschermen.

Een andere angst is onzekerheid over de eigen sociale positie. Men meent dat indien men niet kan pronken met sierlijke en imposante ornamenten, statussymbolen, men niet gewaardeerd en gerespecteerd zal worden.
En vanzelfsprekend: bezit genereert macht. De nood aan macht, net als de nood aan status, kan gevoed worden door angst voor anderen. Men vreest anderen, dus imponeert of controleert men die via materieel bezit.

Er zullen wel nog gronden zijn voor materialisme. Maar zo ervaar ik het de laatste tijd: hebzucht gevoed door angst.
Vanzelfsprekend: er is helemaal niets mis met bezit hebben. Integendeel! Niet alleen om te overleven, maar ook om iets van je leven te maken heb je wel enig bezit, enige middelen nodig. Maar dit is veel minder belangrijk dan wat angstigen vermoeden.

Overigens spreekt het voor zich dat het wel leuk en aangenaam is een beetje extra te hebben, ja, zelfs in behoorlijke luxe te leven. Zie gewoon dat het niet gevoed wordt door angst, dat je er niet al te afhankelijk van wordt.
En vergeet niet je leven – en wat van je bezit – te delen met anderen. Epicuros had zeker gelijk: een sobere maar gezellige maaltijd met vrienden in de tuin getuigt van een veel grotere rijkdom dan een koninklijk feestmaal op je eentje in een fort.

maandag 4 augustus 2014

Het belang van je Houding

Vandaag zou ik het willen hebben over het belang van je houding. Daarmee bedoel ik niet je attitude, maar hoe je je fysiek houdt, hoe je staat en stapt.

Sommige mensen, waaronder ikzelf, hebben de neiging gebogen te lopen: een gekromde rug, hoofd omlaag, verborgen tussen hoog opgetrokken schouders en blik op de grond gericht.
Dit brengt enkele nadelen met zich mee. Om te beginnen kan het belastend zijn voor je nek en rug, en je struikelt makkelijker. Maar waar ik vooral op doel is het psychologische effect.

Hoe je je voelt reflecteert zich vaak in hoe je je houdt, waarmee ik bedoel dat iemand die droevig is een andere houding zal aannemen dan iemand die dolgelukkig is. 
Dit is echter ook omgekeerd het geval. Hoe je je houdt heeft ook effect op hoe je je voelt en hoe je jezelf ziet. Wie gebogen loopt heeft de neiging zich angstig en klein te voelen, vaak minderwaardig.

Via zo'n houding communiceert je lichaam onbewust dergelijke boodschappen naar jezelf. Maar niet alleen naar jezelf. Ook hoe andere mensen over je denken en hoe ze tegenover je staan wordt beïnvloed door een gebogen houding.
Iemand die gebogen loopt en niemand aankijkt komt inderdaad als angstig en inferieur over. Of erger: als geniepig en verdacht. Hoe anderen over ons denken en zeker hoe ze zich tegenover ons verhouden heeft op zijn beurt een impact op hoe we onszelf zien. Willen of niet: hoe we gezien worden heeft een effect.

Daarom raad ik grosso modo het volgende aan: bekken licht naar voor, schouders naar achter en kin omhoog. Of simpel gezegd: een rechte, ontspannen houding.
Voorts is het ook niet slecht verkrampte spieren wat te lossen, zoals opgetrokken schouders, een overmatige frons, samengeklemde kaken of gebalde vuisten. Loslaten dat alles!
En niet wegkijken van mensen, maar ook niet staren! Dit vergt enige oefening, geen zorgen.

Naast fysieke voordelen zoals beter in evenwicht zijn, minder rug- en nekklachten en beter kunnen zien wat er om je heen gebeurt, zijn er vooral de psychologische en sociale verbeteringen.
Deze houding zal iets meer rust en een iets beter zelfbeeld geven. Ook hoe anderen je zien zal iets positiever zijn, wat naast positief voor je zelfbeeld ook positief is voor de sociale omgang in het algemeen.

Pas wel op dat je die rechte houding niet overdrijft of forceert. Dan kom je in het ander extreem terecht.
Je kent het denk ik wel. Doorgaans gespierde mannen met een te strak t-shirt die rondlopen alsof er een gespannen boogpees aan hun achterhoofd trekt van uit hun anus. Borst extreem naar voor, kin wat in de lucht en een soort heen en weer wiegende ganzenpas.

Ik ken dergelijke houding niet van mezelf, maar het komt op me over alsof ze zichzelf beter vinden dan de anderen, neerbuigend, en ze volledig vol zijn van zichzelf. 
Het komt niet sympathiek over, en ik vermoed dat het een beschermingsmechanisme is tegen onzekerheid of de angst 'zwak' gevonden te worden. Als je de anderen op een niveau ver beneden je plaatst heb je van hen en hun oordelen ten slotte niets te vrezen.